Reportage-opdracht

 Eenmaal de kroeg uit, vallen de remmen weg 

Op woensdagavond blijkt dat groepen jongeren na de nieuwe sluitingstijd van 22.00 in de Poelestraat en op de Grote Markt blijven hangen. Ze gebruiken massaal lachgas, en houden geen afstand meer.

Het is rond kwart voor tien ‘s avonds vrij druk op de Grote Markt in Groningen. De verwarmde terrassen van de Drie Gezusters zijn goed gevuld, en er klinkt een geroezemoes van veelal jonge terrasgangers die hun laatste drankje consumeren. Een kwartier later staan al deze jongeren verspreid rond het plein. Hun avondje uit is al beëindigd, op een tijdstip waar in normale tijden voor sommigen hun stapavond nog moet beginnen. 

Een aantal van hen wisselen nog een paar laatste woorden uit in de buurt van de geparkeerde fietsen, en keren vervolgens huiswaarts. “Dan maar studeren vanavond”, verzucht een voorbijganger. Ook loopt er een groepje jongeren voorbij, druk sjouwend met 3 kratten bier. Verderop in het zwak verlichte Noorderplantsoen blijken er ook een paar verdwaalde groepjes jongeren zich op te houden. 

De overigen hergroeperen zich. Pal voor de kroegen waar ze net uit zijn gezet, voor kluisjesverhuurder Tante Toos, bij de nachtwinkel Day & Night in de Poelestraat. Verspreid over het uitgaansgebied geven overal groepen jongeren gezamenlijk de avond een vervolg. 

De nachtwinkel lijkt goede zaken te doen. Rond half elf zijn er op straat meer ballonnen te zien, dan op een gemiddeld verjaardagsfeest. 

Een groepje meiden lacht als een vriendin triomfantelijk de nachtwinkel uitloopt met een ballon die binnen is gevuld met lachgas, maar buiten al snel hard in haar handen uit elkaar klapt. 

De aangescherpte maatregelen die het aantal sociale contacten van potentiële virusverspreiders verder moeten indammen, lijken hun doel voorbij te schieten. Eerst konden de jongeren terecht bij de horeca, waar relatief goed toegezien kan worden op het houden aan de maatregelen. Nu de horeca om 22.00 dicht gaat zoeken de jongeren elkaar elders op. Thuis, in een park, of op straat. Toen er in Utrecht afgelopen weekend vergelijkbare problemen ontstonden, besloot de gemeente in te grijpen. Het sloot de nachtwinkels, de supermarkten en de drie grootste parken in de stad. De vraag lijkt gerechtvaardigd of de gemeente Groningen ook op die manier moet ingrijpen.  

Esmee Oldenziel (20) baalt van de nieuwe sluitingstijd van de horeca. Ze staat met een groep vrienden voor de ingang van het Grand Theatre Groningen. “Ik vind het vervelend, maar het is niet anders”. Uitgaan is in haar ogen een stuk minder leuk geworden. “Voor de coronatijd ging ik nog 2 of 3 keer per week uit, en nu hooguit nog één keer in de twee weken”, laat ze weten. 

Volgens haar blijven er door de nieuwe situatie heel regelmatig groepen jongeren ‘s avonds laat op straat hangen. Ook zij gaat meestal niet om 22.00 gelijk naar huis, maar vaak heeft ze nog een feest bij iemand thuis. “Met maar een kleine groep hoor”, voegt ze er op bijna verontschuldigende toon aan toe. 

Winkelmedewerker Diego (32, wil niet met zijn achternaam vermeld worden) van nachtwinkel Day & Night beaamt dat er sinds het ingaan van de nieuwe maatregelen een piek zit in de toeloop tussen 22 en 23 uur ‘s avonds. Alcoholische drank verkoopt hij naar eigen zeggen het meeste, daarna chips en snoep. “En ballonnetjes”, voegt hij er na een korte stilte aan toe. “Maar het is in de winkel niet drukker dan normaal”, relativeert hij de drukte op straat. Hij ervaart niet dat die toe is genomen na het vroege sluiten van de omliggende kroegen. Eerder het tegenovergestelde: “Na de laatste persconferentie, die meer over Groningen ging, is het hier rustiger geworden”. 

Maar gezien de wijze waarop er vlak buiten de winkel met de coronamaatregelen wordt omgesprongen, kan worden vastgesteld dat het nog lang niet rustig genoeg is in de Poelestraat. Onder invloed van alcohol en lachgas vervallen de grenzen van de anderhalvemeter bij het overgrote deel van de jongeren. Ze lijken vrij van zorgen te zijn, en gedragen zich uitbundig en luidruchtig. Lachgasballonnen gaan zelfs rond van mond tot mond. 

Het personeel van de omringende kroegen lijken zich weinig aan te trekken van het rumoer dat de jongeren veroorzaken. Onverstoorbaar zijn ze bezig met het opruimen van terrasstoelen en het sluiten van de zaak. Maar het rumoer blijft niet voor iedereen onopgemerkt. Een jongeman kijkt uit het raam van zijn studentenkamer naar beneden naar de met jongeren volgelopen Poelestraat.  

De taferelen wekken de ergernis van mede-eigenaar van pitazaak House of Pita Jethro Levy (43). “Deze jongeren zijn totaal onverantwoordelijk”, vindt hij. Hij wil ook niet dat hij of zijn eetgelegenheid met deze gang van zaken wordt geassocieerd. “Die ballonnen zijn echt geen gezicht. Als ze voor mijn deur met lachgas aan de haal gaan, dan stuur ik ze direct weg”.

Hij maakt zich zorgen over de oplopende cijfers van de besmettingen. “Ik voorspel al sinds vorige week dat er een tweede lockdown gaat komen”. Hij zou een lockdown een betere aanpak vinden dan het huidige nationale beleid. “Met hardere maatregelen bereik je veel meer”.